MELVEREN

De geschiedenis van de SALVATOR MUNDI kerk van Melveren

De kerk van 1761

Van de eerste kerk is geen beschrijving bewaard gebleven.  Maar het was heel zeker een bescheiden houten gebouw in de stijl van die tijd, preromaans.  Hoeveel opeenvolgende kerken er geweest zijn is niet te zeggen.  Maar de voorloper van deze kerk was zeker een romaans gebouw.  Daartoe kan men besluiten omdat er geen gewelf was maar een plat houten plafond dat nog vernieuwd werd in 1738.  Het is aan die voorgaande kerk dat  Jan van Mettecoven een toren liet bouwen. 

Een benoemingsakte van 1542 vermeldde dat de kerk van Melveren was toegewijd aan de H. Drievuldigheid en de H. Drievuldigheidskerk heette.
In 1513 werd de kerk toegewijd aan Salvator Mundi.

Tot op heden is de officiële naam van de parochiekerk van Melveren nog steeds " De Salvator Mundi Kerk van Melveren".

Nà de komst van de Redemptoristen in Sint-Truiden in 1839 werd hun stichter de H. Alfonsus van Liguori tot patroonheilige aangesteld.  Maar in 1907 bij de consecratie van het nieuwe hoogaltaar werd ze opnieuw toegewijd aan Salvator Mundi.

De huidige kerk van Melveren Klik op de foto om te vergroten.

Het is onder stimulans van pastoor Snievaers dat de huidige kerk gebouwd werd , mede door de steun van abt Jozef Van Herck. Vandaar zijn wapenschuld boven de deur met het jaartal 1761 en zijn leuze die klinkt als volgt ‘Sic placet Domino’ (Zo behaagt het de Heer).
Waarom werd deze nieuwe kerk gebouwd ?  Was de vorige te klein of bouwvallig geworden.  Pastoor Snievaers, die op dat ogenblik reeds 23 jaar pastoor was in Melveren geeft hierover geen details.  Alleen weten we dat een zekere Dereux architect-metselaar was.  Hij is o.a. bekend voor zijn kunstig stucwerk in de abdij en ook in het kasteel van Nieuwenhoven dat in 1933 door brand verwoest werd.

De kerk werd opgericht op de plaats van de vorige. Ten bewijze de oude grafkelders uit de vorige kerk die bewaard bleven in het koor van de nieuwe kerk.  Het gaat voornamelijk over de grafkelders van 3 families die hun kastelen hadden in Melveren:

De familie Chevetogne, later de Lamberts Cortenbach van het kasteel Terkelen

De familie de Horne

De familie van Mettecoven, later de Scroots van het kasteel naast de kerk

In 1840 nam de kerkfabriek de beslissing de oude grafstenen te verwijderen.

Een van deze stenen werd bij het verbreden van de Kerkstraat teruggevonden en staat nu tegen de muur van de sacristie opgesteld. Verschillende andere stenen kwamen terecht in het park van het naburig kasteel.

Waarom werd het een eenbeukige kerk ? In die tijd kan het aantal inwoners van Melveren geschat worden op 600 à 700.  Er was in die tijd ook nog een parochiekerkje in Mielen.  Dit bestond al in 1232 toen de Benediktijnerzusters van het Sint-Catharinaklooster naar Mielen trokken en hun klooster daar overbrachten.
Ook in Terbeek bevond zich een kloosterkerk, de kerk van het klooster van de Cistercienzerinnen (Sint-Niklaaswinning) deze kerk werd afgebroken in 1960.
De nieuwe kerk was een stevig maar sober gebouw dat ruim voldeed aan de noden van die tijd.

In 1902 wordt de dynamische 43 jarige pastoor Sylvester Bouveroux benoemd.
Hij neemt heel wat nieuwe initiatieven en bracht nieuw leven in Melveren.  We denken hierbij aan de stichting van een volksbiblioteek, de oprichting van een bewaarschool in 1905, het verschijnen van het eerste ‘Kerkklokje’ en het oprichten van verschillende godsdienstige verenigingen.  En dan vooral de grote ‘missie’ in mei 1903. Tijdens de slotrede van deze missie was er sprake van het vergroten van de kek, die ten gevolge van deze missie werkelijk te klein geworden was.  Het aantal kerkgangers was immers toegenomen nu Mielen en Terbeek geen kerk meer hadden.  En ook, omdat na de dood van barones de Modave, geboren de Lamberts Cortenbach, het kasteel achter de kerk in 1904 gehuurd werd door de Zusters  Ursulinen.

De benoeming van graaf Lejeune de Schiervel als voorzitter van de Kerkfabriek opende ook nieuwe financiële perspectieven.

Maar vooraleer de vergroting van de kerk, volgens plan van bouwmeester Martens van Stevoort door aannemer Bollen van Uikhoven, een feit was moesten er nog heel wat hinderpalen opgeruimd worden.

In die tijd bestond er onder invloed van bepaalde invloedrijke personen een beweging tot afscheiding van de parochie Melveren van de gemeente Sint-Truiden.  Iets wat het gemeentebestuur niet zo gunstig stemde voor het steunen van de kerkvergroting.  Reeds in 1866 ijverde baron de Lamberts Cortenbach voor een onafhankelijk Melveren.  In een zeer gemotiveerd schrijven waarin sprake van 1100 inwoners, 7 kastelen, een kerk, een school die voor gemeentehuis kon dienen deed hij zijn aanvraag !

 

De krant "De Tram"

Regelmatig werd er in de plaatselijke krant ‘de Tram’ polemiek gevoerd in verband hiermee, zo werd er ondermeer op gewezen dat het logischer was dat voor de mensen van Metsteren en Terbeek het kerkske van Guvelingen  met weinig kosten in orde zou kunnen gebracht worden om te dienen als bijkerk voor de kerk van Melveren.
Ook kwam er kritiek van de familie de Lamberts Cortenbach.  Het eerste plan was om zijbeuken bij te voegen tot de hoogte van het hoofdaltaar.  Maar tegen de buitenmuur van het koor bevond zich de grafkelder van de familie de Lamberts  Cortenbach.  De baron dreigde de zaak voor het gerecht te brengen indien er aan zijn familiale begraafplaats getornd werd.   Om vrede en vriendschap te bewaren zag de kerkfabriek af van haar eerste plan en besloot dan maar tot de opbouw van twee beuken die zouden reiken tot aan het koor.  Het tot dan toe vrij sobere classicistische interieur werd met stucwerk in Lodewijk XV stijl gedecoreerd

Op 7 augustus 1907  wordt de nieuwe kerk ingewijd en opnieuw toegewijd aan Salvator Mundi.

De inhuldiging van deze nieuwe kerk was aanleiding tot een groot parochiefeest en pastoor Bouveroux  brengt daar uitvoerig verslag van.  Er werd nl. een prachtig banket gegeven op het kasteel van Mielen waar naast de bisschop  ook de kasteelheren van de naburige kastelen aanwezig waren.

Meubilair

Wij treffen in de kerk nog de bemeubeling aan van 1763. Het kwam van het toen zeer  bekende houtsnijcentrum, de stad Luik : de preekstoel 2 biechtstoelen, de communiebank het altaar met nis voor Salvator Mundi, zijaltaren en oksaalbalustrade.  Uniek in deze kerk is deze oorspronkelijke bemeubeling alles uit hetzelfde atelier, getuigend van een verfijnd vakmanschap.
Opvallend is hoe de Christusfiguur centraal staat.
De zegenende Salvator Mundi , afkomstig uit de vorige kerk lijkt te dateren uit de 17de. eeuw
en werd opnieuw gepolychromeerd in de jaren 90.
Christus op de koude steen : thema dat in de late middeleeuwen zeer populair was.
Dit eikenhouten beeld van rond 1500 komt uit een Brabants atelier en draagt sporen van de oorspronkelijke polychromie.  Het is een van de meest kunstvolle beelden uit de kerk
Triomfkruis uit het begin van de 16de . eeuw eveneens afkomstig uit de vorige kerk
Een 4de  Christusafbeelding in stucwerk boven het hoofdaltaar, omringd door de naar hem verwijzende Maria en Sint-Jozef met lelie.
Het hoogaltaar in neoroccocostijl, van de hand van beeldhouwer Jozef van Tuyn van Brussel,  is een gift van de adelijke familie graaf en gravin Lejeune de Schiervel en  draagt op de gescupteerde tombe  de wapenschilden van de hun familie. 
Het huidige dienstaltaar in barokstijl van rond 1700 werd aan de kerk geschonken naar aanleiding van de laatste restauratie van de kerk in 1986.
Bij gelegenheid van deze restauratie werd de 18de eeuwse communiebank teruggeplaatst
In de jaren zestig verdwenen verschillende koormeubelen maar zij werden, dank zij verschillende giften gedeeltelijk vervangen.
Zo sieren opnieuw  een neo-rocococredenstafel in mahoniehout met marmerblad, 3 eiken zitstoelen in Luikse Lodewijk XV stijl en 2 Lodewijk XVI stoeltjes het koor.

 

Schilderijen

De 12 apostelen in het koor werden geschilderd door de schoonvader van ridder Armand de Menten de Horne en door hem aan de kerk geschonken.  Vandaar de initialen van deze familie en hun blazoen als fronton boven de kaders.

Boven de deuren 2 panelen met bloemstukken van kunstschilder Gilson (19de eeuw) en monnik van Orval onder de naam van frère Abraham

In de kerk treffen we een  schilderij aan,  afkomstig uit Nonnemielen en geschonken door Régine de Musiel, de laatste benedictines van het klooster.  De H. Lutgardis in beschouwing voor de gekruisigde Christus.  Lutgardis was kloosterzuster in het St. Catharinaklooster en priores aldaar in 1206.

Beelden

De beelden die zich volgens een inventaris van 1838 in de kerk bevonden werden stilaan vervangen door nieuwmodische gipsbeelden ! de oude werden opgeruimd en  verbrand zoals dat destijds de gewoonte was voor niet meer gebruikte gewijde voorwerpen !

Nà de restauratie van de kerk onder pastoor Bongaerts kwamen stilaan authentieke beelden terug in de kerk.

In de linkerzijbeuk vinden we zo :
In het zijaltaar een prachtig Madonnabeeld
Sint-Elooi, met oorspronkelijke gedeeltelijk overschilderde polychromie. 
Luikse barok eind 17de  eeuw, anonieme gift
Sint-Ambrosius met bieënkorf 18de eeuwse barok van lindehout, polychromie gedeeltelijk vernieuwd
Ecce-Homo 18de  eeuws, in polychromie van de tijd
De kruisweg dateert van 1857 en is een geschenk van baron de Wethnall de Travers (Nieuwenhoven)
Beeld van  de H. Donatus, (neogotiek 1840) die aanroepen werd als schutsheilige tegen onweders. De grote klok is trouwens toegewijd aan Donatus. Het is ook gebruikelijk aan klokken een meter en een peter te geven . Ook hier vinden we de namen terug van de adellijke familie Whettnal en Lejeune.  De laatste koster Armand Noblesse herinnerde zich nog hoe zijn vader en grootvader bij onweer naar de kerk trokken om de klok te luiden tot afweer van de bliksem.  Voor het luiden van die klok bij onweer had de koster recht op een vergoeding.  Hij mocht jaarlijks tijdens de oogst een rondgang per kar doen in de parochie om graan in te zamelen.

Een merkwaardig overblijfsel uit de 15de  eeuw is het grote gotische kalvariekruis.  Het is kunstig gebeeldhouwd aan beide zijden.  Waarschijnlijk heeft het op een triomfboog gestaan.  Op de vier hoeken zijn de vier evangelisten afgebeeld, in het midden het verrezen Lam Gods.

In een nis één van de 4 pestheiligen, de H. Rochus van Montpellier, een zeer volkse middeleeuwse heilige.  Dit belangrijk beeld dagtekent van de 17de. eeuw, is van de Antwerpse school met gedeeltelijk oorspronkelijke polychromie

 

Een zeer oud beeld van Sint-Sebastiaan.  Heeft het betrekking op de oude schuttersvereniging van Melveren of verwijst het naar de boogschuttersgilde van het gehucht uit de 17de.eeuw.
Merkwaardig zijn de twee wapenschilden.  Het zou gaan om het wapen van de vooraanstaande familie Eynatten , die zonen had die grootcommandeurs en commandeurs in de Teutoonse orde zijn geweest en waarvan een dochter Mathilde van Eynatten de Thys abdis werd van het klooster van Nonnemielen  Haar blazoen treft men aan boven de inkompoort van wat nu de boerderij is van Nonnenmielen

In de rechter zijvleugel :

Het Mariabeeld is een gift van de paters Minderbroeders en afkomstig uit hun kloosterkerk in Antwerpen.  Het is een 19de eeuws beeld met prachtig geborduurd brokaatfluweel.  Kronen en scepter van zilver.  Boven het beeld het fronton van het oude hoogaltaar waarvan de rest zich nu bevindt in de kapel van Mielen

In het zijaltaar staad het beeld van Godefriedus van de hand van beeldhouwer Janssen die ook voor de Minderbroederskerk zo’n beeld maakte.  Het werd aangekocht door pastoor Laenen in 1868 naar aanleiding van de Heiligverklaring

De glasramen werden in 1889 geplaatst als gift van graaf Xavier Lejeune de Schiervel, bij de eerste communie van zijn kinderen.  Zij dragen allen de initialen van deze familie.

 

Kerkhof

Op 1 oktober 1998 werd de kerk, de kerkhofmuur en het grafmonument van baron de Jevers beschermd als monument.  Het kerkhof kreeg de status van dorpsgezicht. In 1978 reeds werd de pastorie beschermd als monument.

Op het kerkhof bevinden zich belangrijke graven.  Sedert het bestaan van de eerste parochiekerk werd er in en rond de kerk begraven.  In de 17de eeuw werd een muur rond het kerkhof gebouwd, rond de muur een sloot met heg en appelbomen.

Zo vinden we er het graf van Pastoor Lambertus Laenen, van Gouverneur Lamberts de Cortenbach met naast zijn grafsteen een  gedenkplaat voor Annette Partoens, gouvernante van zijn negen kinderen, vijf dochters en vier zonen.

De graven van de families de Menten de Horne en van Lejeune de Schiervel ‘t Serstevens

Een merkwaardig graf uit de 17de eeuw ter nagedachtenis van Gaspard Ponderois en zijn huisvrouw Elisabeth Wilms.  Het is merkwaardig omwille van de 7-bogige halve circels rond de uiteinden van het kruis en de gekruisige Christus in relief

Maar onze bijzondere aandacht verdient het praafgraf  in Tudorgotiek van Etienne-Jacques Travers baron de Jevers, oud-generaal van Napoleon, door zijn huwelijk in onze kerk op 23 juli 1811 met juffrouw Symphorosa Niesse eigenaar geworden van het kasteel van Nieuwenhoven, waar hij overleed op 10 september 1827 ten gevolge van de verwondigen opgelopen tijdens de vele Napoleon-oorlogen.  Het monument werd opgericht door baron Whettnall, zijn schoonzoon, vrouwelijk voorvader van de familie de Moffarts die deze grafkelder nog steeds in gebruik heeft.
Dit graf is eveneens een ontwerp van architect Gerard en het is beeldhouwer Janssen die de beelden sculpteerde voor dit sterk verweerde mergelstenen grafmonument in neogotische stijl.  In de vier nissen, een Salvator Mundi, een Piéta, Sint-Jozef met kind en de H. Barbara.

 

De oude Pastorie

Geklasseerd als monument in 1978  is nu privébezit.  Waarschijnlijk leefde er voor het eerste een pastoor in de 17de eeuw.  Hier werd de school ingericht in de linkerzijbouw.

Onder pastoor Laenen werd een nieuwe pastorie gebouwd en werd de oude geruild tegen de bouwgronden die eigendom waren van de weduwe van Pierre Chantraine bewoner van het kasteeltje achter de kerk.
Na haar dood  verkocht haar  zoon het kasteel met bijhorende gronden en de oude pastorij aan baron de Lamberts Cortenbach (Terkelen)

In dit merkwaardig gebouw zijn fraaie gebalkte zolderingen, muurschilderingen, open haard en stijlvolle deuren en een prachtige oude trap.

Heel lang is in dit gebouw een landelijke herberg uitgebaat door de familie Boffin

 

Terug naar begin pagina Klik hier op de blauwe link om terug te gaan naar het begin van deze pagina