MELVEREN

Het ontstaan en de geschiedenis van het dorp Melveren

Een eerste geschreven  melding van Melveren wordt gemaakt naar aanleiding van de schenking in 987 door Gravin Bertha van Vlaanderen aan de Abdij van Sint-Truiden.  Bertha van Vlaanderen was op de terugweg van een bedevaarttocht naar het heiligdom van O.L.Vr. te Aken op bedevaart gekomen naar het graf van Trudo.  Zij werd hier ziek en toen haar zoon Arnulf, graaf van Vlaanderen dit vernam, spoedde hij zich naar hier en deed een schenking aan God en de H. Trudo tot redding van zijn ziel en deze van zijn familieleden.  Hij schonk hun Provin, gelegen in de buurt van Rijsel, een tiendopbrengst in Brustem en een bos Bruderholt, (wat wij nu kennen als Nieuwenhoven)  gelegen niet ver van het landgoed ‘Merwel’ wat veronderstelt dat er toen een plaatselijke heer met onderhorigen en dienstvolk woonde.

Over de oorsprong en de stichting van de eerste kerk van Melveren bestaat er maar weinig zekerheid.  Wij kunnen wel uit oude oorkonden vaststellen dat de omgeving waar de kerk werd gesticht gekend was als de ‘cultura’ van de Abdij.  Dit Abdijgebied werd afgebakend in de kronijken als tussen ‘de nieuwe poort van Melveren’ (Nieuwpoort) de St. Jacobuskerk (Schurhoven) en Bautershoven.  Alhoewel de kerk dus op minder dan een kilometer afstand ligt van de Abdij, toch staat haar oorsprong niet rechtstreeks in verband met de Abdij. 
Zij moet reeds dateren van tijdens de besloten tijd van de abdij, tussen 890 en 940.  De Noormannen vielen Sarchinium binnen in 894 en verwoestten de Abdij.  Alle monniken werden vermoord of sloegen op de vlucht.  Pas een halve eeuw later werd de Abdij terug opgericht  onder impuls van de Duitse keizer Otto I.

Het is in deze periode dat de stichting van Melveren kerk wordt vooropgesteld  dat wil zeggen dat ze bestond vóór de O.L.Vrouwkerk, de eerste parochie van het centrum (11de eeuw) anders zou ze eraan verbonden en ondergeschikt zijn geweest. Dit eenvoudig houten gebouw werd toegewijd aan de H. Drievuldigheid

Het is maar in 1107 dat  de Paus in een akte de bezittingen van de Abdij goedkeurt en hierin wordt  ook ‘Merweles’ vernoemd en in 1249 verzocht Abt Willem van Ryckel de kerk van Melveren in te lijven bij de Abdij.  De verbindingsweg tussen de abdij en Melveren werd gevormd door de eeuwenoude ‘via Mergueles’ een voetpad langs de Cicindriabeek tot voor de ingang van de kerk.  Onder de naam ‘achter begijnenmuren’ heeft dit pad bestaan tot aan de lste. Wereldoorlog.  Het geraakte in onbruik omwille van de officiële afschaffing ervan in 1909 door de gemeenteraad en practisch vooral na de beschieting en verwoesting van de ‘Mervel-molen’

De molen  op de Cicindriabeek te Melveren

Tijdens de vroegste bestaanseeuwen van de Abdij was het maalrecht een van de grootste bronnen van inkomen van de abdij. In de 13de. Eeuw bezat de abdij negen watermolens waarvan er vier door de monikken zelf geëxploiteerd werden. De molen van Metsteren werd in 1269 in ruil voor andere bezittingen overgedragen aan het klooster van Nonnenmielen. 
De abt schenk alle aandacht aan de molens van de abdij en van de meest renderende waren deze van Gorsem en van Melveren .  Zij moesten speciaal voorzien in het brood voor de monniken en het kloosterpersoneel.   Dat had dus ook tot gevolg dat er heel wat verordeningen en wetten uitgevaardigd werden om de tucht bij de molenaar en de bevolking te handhaven.

Voor Melveren was niet alleen het malen renderend maar de molen was omringd door weiden en vruchtbare gronden.  Dit zogenaamde ‘molenhoff’ werd door de monniken zelf geëxploiteerd.  Een tijdlang werd ze zelfs onrechtmatig uitgebaat door een luitenant van de abdij-proost.

Ten tijde van Willem van Rijckel, bij gelegenheid van de stichting van het begijnhof in 1258 is er ook sprake van de molen van Melveren.  De abt onderwierp de rijke schenking aan de begijnen aan enkele voorwaarden, één ervan was dat zij niets zouden ondernemen  aan het water van de Cycinderbeek, dat de normale werking van de molen van Melveren zou kunnen hinderen.

Deze molen van Melveren komt nog enkele keren ter sprake in de geschiedenis van Sint-Truiden.  Zo moest in 1256 de Molen van Melveren het ontgelden van Jordaan Van de Poel en zijn opstandelingen. Jarenlang was de vesting Sint-Truiden  de prooi van opstanden, moorden en geweldplegingen. 

Gelukkig trof men begin 14de eeuw enkele weldenkende poorters die besloten dat er een eind moest komen aan die jaren van verwoesting.  Alleen de onderwerping aan het wettelijk gezag kon de vrede weer terugbrengen in de woelige stad. Onderhandelingen werden aangeknoopt in Nieuwenhoven, het buitenverblijf van de abt.

Op 29 december  1329  werd de ‘Vrede van Nieuwenhoven’ ondertekend.  Al de leden van het Prinsbisschoppelijk gevolg, de abt van Sint-Truuiden en tal van edelen die in Nieuwenhoven de onderhandelingen hadden gevolgd,  verzamelden zich op het plein voor het kasteel en trokken in een lange stoet naar het plein voor de molen van Melveren.  Ten teken van boetedoening liep een groep van 200 vooraanstaande poorters, blootshoofs en blootsvoets, in nachthemd gehuld, de blote degen op de borst gekruist.  Na deze boetegroep kwam het volk van Sint-Truiden.  Allen wierpen zich op de knieën en vroegen vergiffenis.  Op dit ogenblik werden de voorwaarden van de Vrede van Nieuwenhoven voorgelezen.

Tijdens de  Franse revolutie viel ook de molen van Melveren of de’Begijnenmolen’ zoals ze ook wel genoemd werd onder de verkoopwoede van de Fransen omdat ze abdijgoed was. In 1841 is ze eigendom van Théodore de Pitteurs-Hiegaerts.  De kadastergegevens melden hier ‘twee top draeiwerken’.  Deze twee waterwielen bleven behouden tot in 1872, want dan krijgt de eigenaar toelating van de deputatie om deze te vervangen door één wiel met grotere diameter.  Op dit moment moet er in deze molen ook al een stoommachine in werking zijn daar hij in 1873 toelating krijgt om  deze te vervangen.  De nieuwe machine heeft een kracht van 15 pk en de bijhorende ketel is geschikt voor het opwekken van een druk van 4 atmosfeer.
Toen ze tijdens de eerste dagen van de 1ste.  Wereldoorlog werd platgeschoten was het gedaan met de molen van Melveren!

 

Treinhalte

De kasteelheren van Melveren hebben er destijds voor gezorgd dat Melveren een treinhalte kreeg.  Zo was er op de Senselberg een halte speciaal voor het werkvolk dat te werk gesteld was in Nieuwenhoven en ook Baron Lamberts de Cortenbach zorgde dat er in Melveren, aan de spoorwegbrug over de straat naar Melveren Centrum, een halte was !
Over deze treinhalte ‘Bornedries’ krijgen we uitgebreid verslag van Pastoor Bouveroux die in 1909 het relaas doet van een bedevaart per trein naar Scherpenheuvel.  Met 230 parochianen ging men per trein naar Scherpenheuvel voor 1,55 bf.  Vertrek vanaf Bornedries-Sint-Truiden om 9u8 en aankomst in Scherpenheuvel om 11 uur !

 

 

 

Wij ontvingen deze tekst van Paula Moria, waarvoor onze dank.

 

Foto van Paula Moria

Paula Moria is stadsgids van Sint-Truiden. Ze was jarenlang ook voorzitter van de Stedelijke Cultuurraad van Sint-truiden. Daarenboven doet ze ook het secretariaatswerk van de toneelgroep POl Stas en ze heeft zowat alle genres gespeeld. Ze heeft bijna alle werelddelen bezocht. Een echt bezige bij!

 

 

Terug naar begin pagina Klik hier op de blauwe link om terug te gaan naar het begin van deze pagina